Dieren in de poëzie

Deel, T. van (samensteller). 1979. De Vogel. Baarn: Erven Thomas Rap. Met werk van Nederlandstalige dichters over vogels. Goed voor 68 pagina’s.

Drexhage, H. (samensteller). 1985. Dieren op versvoeten. 60 lichtvoetige gedichten uit het dierenrijk. Diemen: Uitgeverij Areopagus. Werk van Nederlandse en Vlaamse auteurs (64 blz.).

Looij, M. 1988. Van fabeldier tot wrekend beest. Negen thema’s in Nederlands dicht en ondicht over dieren. Utrecht: Kwadraat. Goede studie (214 pagina’s) over het voorkomen van dieren in de Nederlandstalige literatuur.

Luijters, G. (samensteller) 2007. Het Grote Dieren Gedichten Boek. Amsterdam: Nieuw Amsterdam Uitgevers. Uitstekende bloemlezing (446 blz.) waarin bijna 500 dierengedichten uit de wereldliteratuur (gegroepeerd per soort van aalscholver tot zwijn) zijn verzameld

MacBeth, G. en M. Booth (samenstellers). 1979. The Book of Cats. London: Penguin Books. Een compilatie van 353 bladzijden met proza én poëzie over katten, geïllustreerd met werk van schilders en tekenaars.

Nais, H. 1961. Les Animaux dans la poésie française de la Renaissance. Paris : Didier.

Schoolmeester, De. 1979. De gedichten van De Schoolmeester. Dierkundelessen. Amsterdam: Omega Boek. Klein boekje (60 blz.) met alle dierengedichten (60 blz.) uit het werk van De Schoolmeester, pseudoniem voor de Nederlandse dichter Gerrit van de Linde (1808-1858).

Stip, K. 1999. Het Grote Beestenfeest. Amsterdam: Bert Bakker. Verzamelbundel (262 blz.) met alle 615 dierenversjes van Kees Stip (1913-2001).

Zuiden, H. van (samensteller). 1990. Het dierbaarst. Een bloemlezing uit poëzie over dieren. Utrecht: Kwadraat. Bevat enkel werk van Nederlandse dichters. In 1993 verscheen een tweede druk (99 blz.).



© Mendop vzw
Homepagina: www.mendop.org

naar boven